Mariniers en Rotterdam. Rotterdam en Mariniers. Ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het verhaal van het Korps begint 355 jaar geleden, toen de Mariniers ons land op zee moest verdedigen. Ze voeren op vlaggenschepen die op Rotterdamse scheepswerven gebouwd waren. Sinds 1817 is Rotterdam officieel een Mariniersstad. In dat jaar kregen de Mariniers een eigen kazerne aan het Oostplein, het oude Tuighuis van de Admiraliteit, later bekend als de Marinierskazerne.

 

Het Korps Mariniers, een van de oudste onderdelen van de Nederlandse krijgsmacht, werd op 10 december 1665 opgericht. Dit jaar is niet alleen een lustrumjaar voor het Korps Mariniers, maar ook voor de Vereniging Contact Oud- en actief dienende Mariniers (70 jaar), de Vereniging van Officieren der Mariniers Willem Joseph Baron van Ghent (55 jaar) en de Marinierskapel der Koninklijke Marine (75 jaar). De maatregelen om de COVID-19 pandemie te bestrijden hebben helaas tot gevolg dat we deze mijlpalen niet kunnen vieren zoals we dat graag zouden doen.

Toch hebben we alle reden om bij het 355-jarig bestaan van het Korps Mariniers stil te staan. Daarom wil ik enkele wapenfeiten noemen. Niet alle, want daar ontbreekt hier de ruimte voor. En u leest er ongetwijfeld meer over in deze lustrumeditie van Qua Patet Orbis.

Bij de Rotterdamse Mariniers denk ik – en vele Rotterdammers met mij – als eerste aan hun inzet tijdens de begindagen van de Tweede Wereldoorlog. Door hun heldhaftige optreden werd de band tussen de Mariniers en de stad voorgoed gesmeed. U kent het verhaal ongetwijfeld.

In de vroege ochtend van 10 mei 1940 openden de Duitsers de aanval op Rotterdam. Vanuit hun kazerne aan het Oostplein begonnen de Mariniers met de verdediging van de stad, met acties rond het Witte Huis en bij de Maasbruggen. Daar wisten zij de Duitse opmars staande te houden. Twee dagen later brandde hun historische kazerne af.

Maar de Mariniers vochten door, tot die inktzwarte dag: 14 mei 1940. Die dag verwoestte het bombardement de historische binnenstad van Rotterdam. Door hun dappere optreden tijdens die eerste oorlogsdagen kregen de Mariniers van de Duitsers de bijnaam ‘de zwarte duivels’. Voor de Rotterdammers waren ze geen duivels, maar helden. En dat zijn ze gebleven.

Omdat de kazerne aan het Oostplein door brand was verwoest, konden de Mariniers pas na de oorlog weer terugkeren in Rotterdam. Op 9 december 1946 werd de Van Ghentkazerne aan het Toepad in gebruik genomen. Op de plek van de oorspronkelijke kazerne, op het Oostplein, staat nu een monument waar we jaarlijks eer bewijzen aan alle Mariniers die in de geschiedenis van het korps het leven lieten. Regelmatig passeer ik het monument, het ligt op mijn weg van en naar het stadhuis. Dan zijn mijn gedachten een ogenblik bij deze helden, en de cruciale rol die de Mariniers nog steeds vervullen voor onze vrede en veiligheid. Veel lezers zullen die reflectie ongetwijfeld herkennen.

In 2014 dreigde even dat de Van Ghentkazerne op de nominatie stond om gesloten te worden, vanwege bezuinigingen bij Defensie. Onze Mariniers zouden dan moeten verhuizen naar Vlissingen. Dat bracht een grote schok teweeg bij het Korps, de Rotterdammers en de Rotterdamse politiek. Rotterdam zonder Mariniers? Ondenkbaar.

Daarom werden de handen uit de mouwen gestoken. We onderzochten de mogelijkheden om de Van Ghentkazerne voor de stad te behouden. Dat lukte, omdat de gemeente, de Veiligheidsregio en de politie medegebruiker werden van de kazerne. De samenwerking met het Korps Mariniers werd versterkt. Voortaan werden in het opleidingscentrum de gemeentelijke handhavers getraind, evenals eenheden van de brandweer en ambulancediensten. Daarnaast werden er opleidingen verzorgd voor de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond.

Veteranendag in Rotterdam

Bovendien is en blijft de aanwezigheid en zichtbaarheid van het Korps Mariniers in een stad als Rotterdam belangrijk voor de veiligheid van onze wereldhaven. Zeker in deze moeilijke economische tijden is het essentieel dat het internationale scheepvaartverkeer ongehinderd doorgaat. Zo bleef het Vessel Protection Detachment van het Korps Mariniers onafgebroken Nederlandse zeetransporten beschermen tegen piraten. Vanwege COVID-19 werd dit zelfs de langstdurende beveiliging ooit: pas na 81 dagen keerden de betrokken Mariniers weer op Rotterdam The Hague Airport.

Als het erop aan komt, tonen Mariniers ook hun maatschappelijke betrokkenheid. Begin 2015 hielden ze bijvoorbeeld een inzamelactie voor de voedselbank in Rotterdam. Die actie leverde bijna 500 voedselpakketten op. Nog een bijzonder voorbeeld is het project Schoon Schip, een traject voor mannen in de leeftijd van 18 t/m 65 jaar die al meerdere keren veroordeeld zijn voor high impact crimes en zonder werk zitten. Oud Mariniers stomen hen klaar voor een baan of stageplek door hen structuur, regelmaat en discipline bij te brengen. Niet meedoen is geen optie, slecht gedrag betekent een korting op de uitkering.

Zulke samenwerkingsverbanden met het Korps vervullen me met trots. Ze bevestigen dat Rotterdam nog steeds een Mariniersstad is. Anders dan 355 jaar geleden, anders dan de meidagen van 1940. Maar nog steeds cruciaal en waardevol. Ik feliciteer de oud- en actief dienende Mariniers dan ook van harte met het 355–jarig bestaan van het Korps. Rotterdam was, is en blijft een Mariniersstad.

Ahmed Aboutaleb,
Burgemeester van Rotterdam.

 

Bron: QPO nr.3  – 2020
Foto burgemeester Marc Nolte